Een
schildpad draagt twee schilden: een rugschild (carapax) en een buikschild
(plastron). Samen vormen deze schilden een veilig pantser waarin
de schildpad zich terug kan trekken als hij zich bedreigd voelt.
Zijn kop, staart en zijn vier poten verdwijnen tussen het buikschild
en het rugschild, zodat deze kwetsbare lichaamsdelen goed beschermd
zijn tegen bijvoorbeeld roofdieren (Afhankelijk van de soort).
Het
schild van een schildpad is opgebouwd uit twee stevige lagen. De
buitenste laag van het schild bestaat uit hele sterke hoornplaatjes.
De binnenste laag van het schild is gemaakt van bot.
De schildpadden verliezen hun hoornplaten ook één
voor één. Deze mag u absoluut nooit zelf lostrekken,
anders kan het zijn dat de schildpad schildrot krijgt.
Dus schrik niet als u een klein plaatje vind.
Ook
kunnen er bij de schildpadden opeens velletjes loskomen, die ziet
eruit als vliesjes. Dan is hij aan het vervellen, en dit is heel
normaal. Dit ook niet zelf lostrekken bij de waterschildpad. Deze
laten ook vanzelf los.