Naam: |
Florida weekschildpad of Woeste drieklauw |
Grootte: |
Maximaal
67 centimeter |
Verspreidingsgebied: |
Florida,
zuid-oost Georgia en zuiden van South Carolina in de Verenigde Staten |
Leefomgeving: |
Bepaalde
exemplaren geven er de voorkeur aan om in rustig water te verblijven.
Anderen geven de voorkeur aan een stromende rivier |
Gedrag:
|
Overdag
actief |
Eten: |
Vlees
vis en af en toe wat groen |
Winterslaap: |
Nee |
Kenmerken: |
Het
zijn eigenaardig gebouwde dieren met een plat buigzaam pantser. Bij
deze dieren ontbreken de hoornplaten geheel en is er een leerachtige
huid voor in de plaats gekomen. De kleur is grijsbruin met donkere,
onregelmatige vlekken. Aan de voorrand zitten enkele stompe bultjes.
Bij jonge dieren is het rugpantser meer geelgroen met donkere vlekken.
Langs het rugpantser loopt een geel-oranje lijst. Het buikpantser
is wit, de poten hebben zwemvliezen, waar alleen de drie nagels uitsteken.
De kop is lang en loopt in een slurfje uit. De kaken zijn vlezig en
meestal met grote maalvlakken voor het eten van weekdieren. |
Temperatuur: |
Tussen
22 en 28 graden |
Bijzonderheden: |
Hij
brengt het grootste gedeelte van zijn leven in het water door en komt
niet of zeer zelden op het land.
Jonge dieren kunnen bij andere schildpadden gehouden worden, oudere
dieren zijn onverdraagzaam en bijterig. |